woensdag 21 juni 2017

Buurtbende - Harm

In mijn klas zat een jongen met uitneembare ogen. Harm heette hij.

Zijn ogen waren niet van de conventionele glazen soort met starre blik en neiging tot splinteren. Dit waren de normale van-vlees-en-bloed ogen die konden knipogen, twinkelen, tranen en kijken. En die, in het geval van Harm dus, uitneembaar waren.

Hij begon ermee in de derde klas. Dan zette hij de vingers van een hand rondom zijn oog maar binnen de omranding van de oogkas en duwde en friemelde wat. Ineens had hij dan zijn oogbol in de hand. Je zag je de oogzenuw en bloedvaten die vanuit de oogkas naar de oogbol liepen.

Het was genoeglijk gruwelen voor ons derde klassertjes, met kreetjes van schrik en walging en proberen dichterbij te komen om het allemaal goed te zien.

Nu ik eraan denk: volwassenen vinden gruwen meestal niet zo genoeglijk. Misschien had ik jullie moeten waarschuwen dat deze herinnering wat onsmakelijke details bevat. Als je nu verder leest wil ik daar geen klachten over horen.

In de derde kon Harm zijn ogen maar een centimeter, misschien twee, uit zijn oogkassen trekken. De oogzenuw en andere verbindingen met zijn hoofd waren niet langer. Maar na verloop van tijd - Harm haalde zijn kunstje meerdere malen per dag uit - rekten deze langzaam op. Aan het eind van de vierde klas kon hij zijn ogen vijf centimeter naar voren halen. Dat gaf hem genoeg ruimte om ze alle kanten op te richten (wat een buitengewoon fascinerend gezicht was) en spectaculair scheel te kijken.

Harm kreeg door dat de lengte van de oogzenuw direct proportioneel was aan de kunstjes die hij met zijn ogen kon en de aandacht die hij daarmee kreeg. Vanaf dat moment waren zijn inspanningen erop gericht om ze steeds verder op te rekken en ze steeds langer te maken. Er werd gezegd dat hij soms uren rondliep met aan zijn ogen gebonden gewichten.

Ik weet niet of zijn ouders hiervoor geen stokje probeerden te steken, of dat zijn huisarts probeerde in te grijpen. Als kind let je daar niet op. Hoe het ook zij, eventuele interventiepogingen hadden duidelijk geen succes.

Het trainingsschema van Harm wierp zijn vruchten af. Aan het eind van de zesde klas, voor we naar het voortgezet onderwijs zouden gaan, kon Harm zijn ogen al op een armlengte afstand houden. Hij had nooit meer een spiegel nodig.

Na de lagere school gingen Harm en ik elk een andere weg en verloor ik hem een beetje uit het oog. Wel hoorde ik af en toe geruchten. Zijn trainingsschema zette hij onverdroten voort en zijn ogen konden steeds verder bij hem weg. Na een akelig incident met een kat ontwierp hij een soort beschermende omhulling voor zijn oogzenuwen en een deel van zijn ogen: flexibel en zacht maar toch sterk. Helaas liet hij hem transparant.

Tegen de tijd dat hij twintig was kon hij zijn ogen in een klein karretje met zich meetrekken; of ze uit een raam naar beneden laten zakken om te zien wat er op de verdieping onder hem gebeurde. (Dat leverde hem een veroordeling voor een zedendelict op.) Het verhaal dat hij met zijn ogen jongleerde geloof ik niet, om praktische redenen, evenmin als het gerucht dat zijn ogen zonder hem op vakantie gingen.

Het werd stil rond Harm, na zijn twintigste. Hij rekte zijn oogzenuwen nog steeds verder op, maar dat resulteerde niet meer in baanbrekende nieuwe mogelijkheden. Af en toe verleende hij hand- en spandiensten als er op moeilijke plekken gekeken moest worden. De lengte van zijn oogzenuwen maakte het allang onmogelijk om zijn ogen weer in de kassen terug te zetten: daar was gewoon geen ruimte voor. Omdat hij daardoor een afschrikwekkende verschijning was geworden leidde hij een teruggetrokken, eenzaam leven. (Hij zou zijn verlengingsoefeningen ook op een ander deel van zijn anatomie hebben toegepast, zo gaat het verhaal. Ik weet niet of het waar is. Resultaat heeft het in ieder geval niet gehad.)

Wat wel vaststaat is dat hij het voortschrijden van de moderne techniek met lede ogen aanzag. De beschikbaarheid van goedkope camera’s, overal, maakt dat iedereen nu makkelijk ergens kan kijken waar hij niet zelf is. Zijn belangrijkste talent werd daarmee overbodig. Het op de markt verschijnen van consumentendrones met camera was voor hem waarschijnlijk de druppel. Vanochtend las ik in de regionale krant dat Harm L. te Z. dood in zijn woning is aangetroffen. De politie gaat niet uit van een misdrijf.

Men zegt dat hij zich aan zijn eigen ogen heeft opgehangen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten